Archeologie

Alle informatie over belangrijke thema's als geluid, luchtkwaliteit en natuur hebben we op deze pagina gebundeld in themadossiers. Mist u informatie of heeft u een suggestie voor een nieuw dossier? Laat het ons dan weten.

Rijkswaterstaat houdt bij projecten rekening met mogelijke archeologische resten in de grond. Deze mogen niet worden aangetast door wegwerkzaamheden. Het archeologisch onderzoek gebeurt stapsgewijs volgens de Archeologische Monumentenzorg (AMZ)-cyclus.

Vondsten uit verschillende tijden

De eerste stap volgens de AMZ-cyclus is een bureauonderzoek (2017 uitgevoerd).

Op deze afbeelding wordt de AMZ-cyclus weergegeven. De cyclus bestaat uit drie stadia: inventarisatie, selectie en maatregelen. Het eerste stadium is inventariseren. In dit stadia vindt er eerst een bureauonderzoek plaats waarin er een verwachtingsmodel wordt gevormd. Vervolgens vindt het inventariserend veldonderzoek (IVO) plaats. Op basis van het IVO kan er voor gekozen worden om IVO-overig uit te voeren of IVO-proefsleuven, samen met archeologische begeleiding. Het kan ook gebeuren dat na het IVO-overig het IVO-proefsleuven, met de bijbehorende archeologische begeleiding wordt uitgevoerd. Vervolgens vindt de waardering plaats.  Na de waardering gaat de cyclus over in de volgende fase: namelijk de selectiefase. In deze fase vindt het selectiebesluit plaats door de bevoegde overheid.  Op basis van het selectiebesluit, worden er maatregelen genomen. Deze maatregelen behoren tot de derde fase. Er zijn drie verschillende maatregelen: einde archeologisch onderzoek, opgraven (met archeologische begeleiding) en fysiek beschermen.

Hierbij werd gekeken waar in het projectgebied archeologische vondsten worden verwacht. In het verleden zijn al vondsten aangetroffen rondom het project uit verschillende archeologische perioden. Vuurstenen uit de Prehistorie zijn gevonden bij Zielhorst Amersfoort. Bij Oud Leusden is een wachttoren en een grafveld ontdekt uit de Romeinse tijd en Vroege Middeleeuwen. Langs de A1 rijksweg zijn historische erven aangetroffen uit de Nieuwe tijd. Ook vondsten van de tweede wereldoorlog zijn met opgravingen gevonden zoals kazematten, loopgraven en kamp Amersfoort bij A28 Oud Leusden.

Op deze afbeelding wordt de archeologische tijdschaal weergegeven. Op de schaal staan verschillende archeologische perioden, ingedeeld in tijdperk en datering. De schaal begint bij de Nieuwste tijd (ook wel Nieuwe tijd C genoemd). Deze tijd begint na 1795. Vervolgens komt de nieuwe tijd. De nieuwe tijd bestaat uit twee delen:  B en A. Nieuwe tijd B duurde van 1650 tot 1795 en nieuwe tijd A duurt van 1500 tot 1650. Na de nieuwe tijd volgen de middeleeuwen. Deze periode bestaat uit drie delen: laat (1250-1500), vol (1050-1250) en vroeg (450-1050). De vroege middeleeuwen is vervolgens weer ingedeeld in vier verschillende delen: Ottoons (900-1050), Karolingisch (725-900), Merovingisch laat (525-725) en Merovingisch vroeg (450-525). Na de middeleeuwen komt de Romeinse tijd. Deze bestaat uit drie delen: laat (270-450), midden (70 na Christus) en vroeg (15 voor Christus). Vervolgens volgt de ijzertijd. Deze periode is net als alle volgende tijdperken onderdeel van de prehistorie. De ijzertijd bestaat uit drie onderdelen: laat (250 voor Christus-15 voor Christus), midden (500 voor Christus-250 voor Christus) en vroeg (800 voor Christus tot 500 voor Christus). Na de ijzertijd komt de bronstijd. Deze tijd bestaat uit drie onderdelen: laat (1100 voor Christus-800 voor Christus), midden (1800 voor Christus-1100 voor Christus) en vroeg (2000 voor Christus-1800 voor Christus). Daarna volgt het Neolithicum (Nieuwe Steentijd). Ook deze periode bestaat uit drie delen: laat (2850 voor Christus-2000 voor Christus), midden (4200 voor Christus-2850 voor Christus) en vroeg (4900/5300 voor Christus-4200 voor Christus). Vervolgens komt het Mesolithicum (Midden Steentijd). Ook deze periode bestaat uit drie delen: laat (6450 voor Christus-5300/4900 voor Christus), midden (8640 voor Christus-6450 voor Christus) en vroeg (9700 voor Christus-8640 voor Christus). Dan zijn we aangekomen bij de laatste periode, namelijk het paleolithicum (Oude Steentijd). Deze periode bestaat uit vijf delen: laat (12.500 voor Christus-9700 voor Christus), jong B (16.000 voor Christus-12.500 voor Christus), jong A (35.000 voor Christus-16.000 voor Christus), midden (250.000 voor Christus-35.000 voor Christus) en oud (tot 250.000 voor Christus).

Veldonderzoek

Toch is er nog een groot deel van het wegtraject waar wegwerkzaamheden worden uitgevoerd wat mogelijk nog ongestoord is en nog meer archeologische resten bevat. Ook zijn door het archeologisch adviesbureau RAAP op verschillende locaties verspreid langs de A1, A28, in het knooppunt en ook op werkterreinen voor de bouw in totaal 1.646 boringen uitgevoerd in het veld in 2018. Met een handboor werd elke 40 meter gekeken. Op verschillende locaties werden ongestoorde bodems gevonden met een archeologische bodemlaag. Op deze locaties is vervolgonderzoek nodig.

Tweede Wereldoorlog

In grote delen van het projectgebied blijkt de bodem deels verstoord. Uit ervaring van de gemeente Amersfoort, blijkt dat onder de verstoorde bodem nog archeologische resten in de vorm van grondsporen aanwezig kunnen zijn. Daarom is in 2018 een aanvullend bureauonderzoek uitgevoerd. Dit is geen vast onderdeel van de AMZ cyclus. Ook is in 2019 een aanvullend bureauonderzoek uitgevoerd specifiek naar sporen uit de tweede wereldoorlog. In het projectgebied komt de de valleistelling voor, een verdedigingslinie die onder andere bestond uit een liniedijk met steunpunten en kazematten, tankgrachten en voorposten(linies). Daarnaast bevindt Kamp Amersfoort als een van de grootste verzamel- en doorvoerkampen van Nederland tijdens WOII zich in het projectgebied.

Proefsleuven

Als vervolg op het booronderzoek worden in 2021 op een groot aantal plaatsen (82 onderzoeksgebieden, circa 33 hectare) proefsleuven gegraven, op zoek naar mogelijk archeologische waarden in de bodem. Deze sleuven zijn verschillend van grootte 10 tot 20 meter lang, 2 tot 4 beter breed en 1 meter diep afhankelijk van het onderzoeksgebied. In totaal worden er ongeveer 250 van dit soort proefsleuven gegraven.

Betrokkenheid regio

Mocht er met de proefsleuven iets gevonden worden dan kijkt Rijkswaterstaat samen met de archeologische begeleidingscommissie of de vondst voldoende waardevol is om op te graven. Na opgraving is de vondst veilig gesteld en kan de locatie worden vrijgegeven voor wegwerkzaamheden. In de archeologische begeleidingscommissie zitten de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed, gemeenten en provincies. Op deze manier is ook de regio nauw betrokken bij het archeologisch proces en kunnen zij advies geven.

 

Afbeeldingen

X (voorheen Twitter)

Cookie-instellingen
Cookie-instellingen sluiten

Cookie-instellingen

Deze website maakt gebruik van cookies. Lees meer over cookies in onze cookieverklaring.


Deze cookies verzamelen nooit persoonsgegevens en zijn noodzakelijk voor het functioneren van de website.

Deze cookies verzamelen gegevens zodat we inzicht krijgen in het gebruik en deze website verder kunnen verbeteren.

Deze cookies zijn van aanbieders van externe content op deze website. Denk aan film, marketing- en/of tracking cookies.